De Franz Josef Glacier behoort tot het Westland National Park en is samen met de Fox Glacier één van de beroemdste van de ongeveer 60 gletsjer die het park telt. Bijna nergens anders ter wereld zijn op zo’n geringe hoogte gletsjers te zien.
De Hongaarse ontdekkingsreiziger Julius Von Haast noemde de Franz Josef Glacier in 1864 naar de keizer van Oostenrijk-Hongarije.
Het ijs van de gletsjer kruipt snel. In 1943 stortte 4 km voor het uiteinde van de gletsjer een vliegtuig neer. Zes jaar later kwam die tevoorschijn aan de voet van het ijs. Dat betekent dat de gletsjer zich ongeveer 1.5 meter per dag voortbeweegt.
De gletsjers zijn heel gevoelig voor wijzigingen in de hoeveelheid sneeuw en ijs die aan de bovenkant worden samengeperst. En natuurlijk ook aan de hoeveelheid die er op het laagste punt af smelt.
Ongeveer 1000 jaar geleden was het meeste ijs verdwenen, maar door verslechtering van het klimaat groeiden ze weer aan. Vervolgens brokkelen ze weer af door de laatste ’broeikas’-periode.
De afgelopen 10 jaar is de gletsjer 1,6 km verder de vallei ingekomen en heeft nu hetzelfde punt bereikt als 30 jaar geleden (uiteraard veranderd dat per jaar).
Vanaf de parkeerplaats aan het eind van de Glacier Access Road loop je in 20 min naar het eerste uitzichtspunt waar je de gletsjer kan zien. Naar de voet van de gletsjer is ongeveer een uurtje wandelen.
Je kan bij de Franz Josef Glacier een wandeling gaan maken over het ijs van de gletsjer.
Dit kan o.a. met een Helihike. Je wordt dan afgezet op de gletsjer en daar wandel je met een gids enkele uren op het ijs.
Als je wat minder tijd hebt kan je met een helikoptervlucht een korte landing op het ijs maken.
Vanaf de voet van de gletsjer is het mogelijk een halve of hele dag te gaan wandelen op de gletsjer. Je krijgt speciale schoenen aan om op het ijs te wandelen. Ook hier wandel je met een gids.